Arthur en Lucas Jussen solorecital - zaterdag 18 juli 2015- Grote Zaal Concertgebouw Amsterdam (Nederland)
Wanneer artiesten spreken over mijlpalen in hun carrière, bedoelen ze daarmee: gebeurtenissen in hun parcours die veelbepalend zijn, en belangrijk. Dat voor de broers Jussen zo een mijlpaal heeft plaatsgevonden, was duidelijk in het Concertgebouw Amsterdam. Dit gebouw, dat beide pianisten al goed kennen door hun recitals in de Kleine Zaal, of optredens met orkest in de Grote Zaal, werd het decor van een zeer druk bijgewoond solo- en duorecital van beide pianisten, niet in de Kleine maar voor de eerste keer in de Grote Zaal. En dat betekent uiteraard wel iets! Meer dan 200 extra stoelen werden aangerukt om aan de vraag naar tickets te kunnen voldoen. Ik heb het Concertgebouw nog nooit zo druk geweten, en de sfeer die er rondhing, was ronduit feestelijk en zomers!
Het programma dat de twee broers hebben samengesteld is er een van grote virtuositeit en kwaliteit. De twee pianisten beginnen met de Sonate in D op. 6 van Beethoven. Desondanks de overvolle zaal, en de aanwezigheid van meer dan 2000 toehoorders, kan je een speld horen vallen.
Daarna treedt Arthur aan met de Negen variaties op een menuet van J.P. Duport. Ook daar is het publiek één en al oor, en stel ik vast dat Arthur Jussen resoluut kiest voor het evenwicht in zijn pianospel, waar Mozart in zijn muziek zo naar hunkert. Niets teveel, niets te weinig, maar een prachtige balans, waar Mozart fier op zou zijn.
En alsof dit hoogtepunt nog niet genoeg is, komt Lucas Jussen op het podium met de "Kleine Sonate" van Schubert, in A, D664. Deze uitvoering is er een die ik direct op CD zou willen gebrand hebben om voor altijd bij te houden. Wat een bewondering heb ik voor pianisten die deze muziek op zulk een manier vertolken! Alle gevoelens tegelijk komen op me af, Lucas Jussen is gemaakt voor deze muziek.
En de kers op de taart, het volgende hoogtepunt na al wat al gepasseerd is, is de Eerste Marche caractéristique van Schubert, waarmee Lucas en Arthur reeds voor de pauze een staande ovatie binnenhalen!
Na de pauze luisteren we naar drie nocturnes van Chopin, waarin de twee broers mekaar afwisselen. Ook daar is het opvallend hoe aandachtig het publiek is. Lucas en Arthur Jussen dwingen hun publiek tot luisteren, een kwaliteit die ik zo apprecieer bij hen!
Na deze mooie nocturnes speelt Arthur de Polonaise-fantaisie, eveneens van Chopin. Een grootmeester aan het werk.
Het neusje van de zalm van het tweede deel is La Valse van Maurice Ravel, voor twee piano's. De twee broers zijn zo op mekaar afgestemd dat dit stuk zorgt voor vuurwerk in de zaal! Het publiek gaat compleet uit zijn dak, en krijgt enkele toegiften voorgeschoteld van enorm formaat! Een stuk van Arensky, het Abendlied van Schumann, en, wat niemand had verwacht, maar wat het publiek helemaal deed ontploffen van blijheid: de Mambo, in een bewerking voor twee piano's, van Bernstein. De twee jongens halen hun percussietalenten boven en zetten het publiek aan om deel te nemen aan het grote feest! Dit is een zelden gezien spektakel, dat voor altijd in mijn geheugen staat gegrift.
De broers Jussen, wiens agenda voor komend seizoen al propvol zit, hebben geschiedenis geschreven in het Concertgebouw. En ik ben zo gelukkig dat ik daar getuige mocht van zijn, en daarin ben ik zeker niet alleen!
![]() |
(c) Peter van der Heyden |
Daarna treedt Arthur aan met de Negen variaties op een menuet van J.P. Duport. Ook daar is het publiek één en al oor, en stel ik vast dat Arthur Jussen resoluut kiest voor het evenwicht in zijn pianospel, waar Mozart in zijn muziek zo naar hunkert. Niets teveel, niets te weinig, maar een prachtige balans, waar Mozart fier op zou zijn.
En alsof dit hoogtepunt nog niet genoeg is, komt Lucas Jussen op het podium met de "Kleine Sonate" van Schubert, in A, D664. Deze uitvoering is er een die ik direct op CD zou willen gebrand hebben om voor altijd bij te houden. Wat een bewondering heb ik voor pianisten die deze muziek op zulk een manier vertolken! Alle gevoelens tegelijk komen op me af, Lucas Jussen is gemaakt voor deze muziek.
En de kers op de taart, het volgende hoogtepunt na al wat al gepasseerd is, is de Eerste Marche caractéristique van Schubert, waarmee Lucas en Arthur reeds voor de pauze een staande ovatie binnenhalen!
Na de pauze luisteren we naar drie nocturnes van Chopin, waarin de twee broers mekaar afwisselen. Ook daar is het opvallend hoe aandachtig het publiek is. Lucas en Arthur Jussen dwingen hun publiek tot luisteren, een kwaliteit die ik zo apprecieer bij hen!
Na deze mooie nocturnes speelt Arthur de Polonaise-fantaisie, eveneens van Chopin. Een grootmeester aan het werk.
Het neusje van de zalm van het tweede deel is La Valse van Maurice Ravel, voor twee piano's. De twee broers zijn zo op mekaar afgestemd dat dit stuk zorgt voor vuurwerk in de zaal! Het publiek gaat compleet uit zijn dak, en krijgt enkele toegiften voorgeschoteld van enorm formaat! Een stuk van Arensky, het Abendlied van Schumann, en, wat niemand had verwacht, maar wat het publiek helemaal deed ontploffen van blijheid: de Mambo, in een bewerking voor twee piano's, van Bernstein. De twee jongens halen hun percussietalenten boven en zetten het publiek aan om deel te nemen aan het grote feest! Dit is een zelden gezien spektakel, dat voor altijd in mijn geheugen staat gegrift.
De broers Jussen, wiens agenda voor komend seizoen al propvol zit, hebben geschiedenis geschreven in het Concertgebouw. En ik ben zo gelukkig dat ik daar getuige mocht van zijn, en daarin ben ik zeker niet alleen!
Reacties
Een reactie posten