We schrijven Koningin Elisabethzaal, 15 oktober 2019. Voor het eerst zal ik Alexander Kantorow "in levenden lijve" beluisteren. Ter voorbereiding op het concert heb ik zijn opnames op cd meerdere malen beluisterd, en de finale van de Tsjajkovski-wedstrijd in Moskou kan op het internet herbekeken worden... de finale die hij met verve doorstaan én gewonnen heeft. Het was een droom om deze jonge kunstenaar op het podium te zien in Antwerpen. Hij ontroert het publiek en speelt een van de mooiste concerti die ik ooit gehoord heb: het tweede pianoconcerto van Tsjajkovski. Het is op dat moment dat ik droom van een interview met deze uitzonderlijke pianist. Twee weken later heb ik al de gelegenheid om met deze Franse ster, die de geïncarneerde Liszt wordt genoemd, te praten, dankzij de hulp van zijn vriendelijke managers. Wat een eer!
![]() |
(c) Jean-Baptiste Millot |
Meneer Kantorow, toen ik al uw cd's beluisterde, merkte ik dat er al een hele lijst bestaat van componisten die u hebt opgenomen: Chevillard, Fauré, Saint-Saëns... Hoe kiest u deze componisten als u een nieuwe cd opneemt? Is het een keuze die u onderweg maakt? Of maakt u liever een duidelijke, mooi afgebakende keuze vooraf?
Ik zou zeggen dat het er heel vaak van afhangt. De eerste cd die u noemde, met Chevillard, Fauré, Gedalge etc., heb ik bijvoorbeeld samen met mijn vader (Jean-Jacques Kantorow, red.) opgenomen, die echt van Franse sonates hield. Gedurende zijn hele carrière had hij partituren verzameld, manuscripten in zijn bibliotheek opgeslagen, en zo heeft hij soms vrij zeldzame stukken teruggevonden. We hebben ze vaak samen ontcijferd, en toen we ons daar mee bezighielden, hadden we al snel een aantal lievelingsstukken.
In het algemeen ga ik niet uit van het idee om een cd op te nemen. Ik speel, ik probeer nieuwe dingen, en op een gegeven moment voel ik dat het tijd is om het één en ander op te nemen. Er zullen stukken zijn die ik later opnieuw zal willen opnemen, en er zullen er zijn die ik voor langere tijd niet meer op cd zal zetten.
Geldt hetzelfde voor solorecitals?
Wat het solorecital betreft, probeer ik ook de juiste keuzes te maken, om zo een link te kunnen leggen tussen de verschillende stukken die ik breng.
Voor de Tsjajkovski-wedstrijd die u hebt gewonnen, hebt u ook een aantal zeer specifieke keuzes gemaakt. (Gefeliciteerd trouwens!) Kunnen we zeggen dat u ineens het moment voelt waarop u klaar bent om deel te nemen aan zo'n gerenommeerde wedstrijd? Is er dan op een bepaald moment een klik in uzelf die u doet besluiten om de stap te wagen?
Er is nooit echt een moment geweest dat ik me "klaar" voelde om aan de wedstrijd deel te nemen. Dat komt omdat ik, toen ik besloot deel te nemen aan de wedstrijd in Moskou, nog geen echte ervaring had op het gebied van wedstrijden. Met meer ervaring had ik misschien beter mijn niveau kunnen inschatten en me beter in de wereld van de wedstrijden kunnen situeren. Voor mij was de wedstrijd een soort verre top, en ik heb nooit het volledige vertrouwen gehad om te kunnen zeggen "nu is het in orde". Er zijn momenten waarop je realistisch moet zijn en zeggen dat de tijd nog niet rijp is om je kans te wagen, maar het is belangrijk om in het achterhoofd te houden dat de wedstrijd slechts om de vier jaar plaatsvindt, en een wachttijd van vier jaar is wel erg lang. Die beslissing die je moet nemen is voor elke pianist zeer persoonlijk.
Wat betreft de manier waarop ik me heb voorbereid en aan het Tsjajkovski-wedstrijdprogramma heb gewerkt, dat is allemaal vrij geleidelijk gekomen. Ik wilde op een bepaald moment aan een grote wedstrijd deelnemen, maar ik wist nog niet welke. Wat ik leuk vond aan deze wedstrijd was de mythische locatie, en het feit dat de organisatie een zeer grote vrijheid liet in de keuze van het programma. Ik zou zeggen dat het in de afgelopen twee jaar tot ontwikkeling is gekomen, toen ik me serieuzer wilde wijden aan de voorbereidingen, aan de keuze van het programma. Ik heb op het laatste moment nog veel veranderingen aangebracht. Zo ben ik bijvoorbeeld van Tsjajkovski's eerste concerto naar het tweede overgestapt. Bovendien heb ik de twee, drie maanden voor de wedstrijd echt al mijn tijd aan de wedstrijd besteed. Ik leefde in een bijna militair regime.
Deze overgang van het eerste naar het tweede concerto lijkt me een moeilijke beslissing. U had zoveel tijd besteed aan het bestuderen van het eerste concerto en uiteindelijk hebt u gekozen voor het tweede?
Ja, het was inderdaad geen gemakkelijke beslissing, maar zelfs dan nog vond ik dat het beste idee. Ik zag de moeilijkheden die ik ondervond bij het eerste concerto, en ik werd belemmerd door het horen van uitvoeringen door andere pianisten en door alle tradities ervan. Zelfs zonder het ooit op het podium te hebben gespeeld, had ik al het gevoel dat ik het al ontelbare keren had opgevoerd. Het was erg moeilijk om daarvan af te komen en me er fris in te voelen. Het tweede concerto was totaal nieuw voor mij, er zat een heel bijzondere energie in en het was veel evidenter voor mij om dat concerto direct aan te pakken. Al snel liet ik mijn idee zien aan Rena Shereshevskaja, die samen met mij hard werkte om de wedstrijd voor te bereiden. Dit concerto is echt een van de kleine verrassingen die we soms tegenkomen in het leven, het is prachtig!
In het verleden, en ook nu nog, hebt u veel samengewerkt met uw vader, Jean-Jacques Kantorow. Werken met iemand die zo dicht bij u staat, is dat niet moeilijk?
Ik heb thuis altijd muziek gekend via mijn vader, die er voortdurend mee bezig was. Het is een groot genoegen om met hem samen te werken, en nu ik steeds minder tijd heb, is de samenwerking met hem, bijvoorbeeld in de kamermuziek, een kostbaar en zeldzaam moment dat ik heel erg koester.
Een vraag die vaak aan kunstenaars wordt gesteld, maar die mij zeer interessant lijkt: waar ziet u zichzelf over tien jaar?
Het is een noodzakelijke vraag, want in het leven moet je vooruitkijken. Ik weet dat ik op dit moment beslissingen moet nemen voor over vier, zelfs vijf jaar. Ik moet programma's opstellen, om te zien waar ik heen wil, zodat ik niet zomaar verpletterd word. Wat ik over tien jaar het liefst zou zien, is dat ik een status heb bereikt die mij in staat stelt om zo vrij mogelijk te zijn. Ik weet dat het niet goed voor mij zou zijn om alleen maar concerten te geven in mijn leven. Ik wil het gevoel van vrijheid hebben dat ik mijn programma's en de release van mijn platen in evenwicht kan brengen. Ik moet me in balans voelen om iets door middel van muziek te kunnen vertellen, en dat betekent wellicht dat ik wat minder op de scène zal te horen zijn, tenminste als het gaat over het aantal concerten.
Een paar dagen geleden deed u uw debuut in Carnegie Hall. Ging het goed?
Oh, ja! Het was niet in de grote zaal van Carnegie Hall maar in Zankel Hall, de kamermuziekzaal. Het was voor een recital en de sfeer was geweldig. Het was voor mij ook een geweldige kans om de concerten in de grote zaal te zien, ik heb er echt van genoten. Ik heb er een heel mooie tijd beleefd, met alle grandeur en energie van deze mythische plek. New York is een buitengewone stad.
Ik las ergens dat u van literatuur houdt! In het artikel waar ik het over heb, heeft men het over "De Troostelozen", van Ishiguro, bijvoorbeeld, een gigantisch werk. Hoe belangrijk is literatuur voor u? Is het een toeval dat u boeken als "De Troostelozen" leest? ("De Troostelozen" vertelt het verhaal van de gebeurtenissen in het leven van een pianist, red.)
Voor mij is lezen een prioriteit. Ik heb altijd gelezen en ik vind het de ideale manier om aan cultuur te doen. Ik heb echter niet de behoefte om mezelf "parallel" met muziek te cultiveren. Natuurlijk lees ik biografieën of correspondenties in functie van mijn werk, maar ik heb ook graag wat vrije tijd om te lezen en in feite kunnen de genres enorm variëren. Ik lees alle genres, en ik lees graag tijdens mijn vakantie, maar ook 's avonds, bijvoorbeeld.
In een Franse krant, een paar maanden geleden, lazen we dat u zei dat als u geen pianist was geworden, u uzelf zeker zou verdiept hebben in astrofysica. Wat een andere wereld dan die van de klassieke muziek!
Ik realiseer me al een tijdje dat ik de klok niet kan terugdraaien om astrofysica te studeren. Direct na mijn baccalaureaat was ik op zoek naar mijn weg in het leven en ik kwam al snel tot de conclusie dat ik geen twee dingen tegelijk kon doen. Ik heb lange tijd een fascinatie gehad voor de ruimte en de ontdekkingen die we in de ruimte hebben gedaan, maar ook voor de constructies en deconstructies van ideeën die we nodig hebben over de ruimte, hoewel ik helemaal niet de kennis heb om al die dingen precies te begrijpen. Ik lees populaire boeken om over deze onderwerpen te leren en ze te begrijpen.
Meneer Kantorow, hartelijk dank voor uw zeer waardevolle tijd!
Met veel plezier!
Reacties
Een reactie posten