Wie Cecilia zegt, zegt Bartoli. Uiteraard, wat had u anders gedacht. De Italiaans stermezzo gaf weer het beste van zichzelf in een tot de nok volgestampt Paleis voor Schone Kunsten. Nu ja, letterlijk volgestampt dan, want zelfs het podium stond vol stoelen, en enkele gelukkigen mochten plaatsnemen op de plek die normaal alleen bestemd is voor Koninklijke Billen.
La grande dame had nog geen halve voet op de bühne gezet, of het publiek was al in extase, en dan had ze haar mond nog niet opengedaan... Anders gezegd, de sfeer zat er dik in. Het hoge popstergehalte van de diva heeft wel iets. Al dansend en tamboerijnspelend komt ze op, de toon is gezet voor de rest van de avond.
En la Bartoli verrast. We kennen haar Mission-CD al vanbuiten, maar toch is wat ze zingt één groot cadeau. Niemand kan zo'n piano's zingen als zij. Getuige daarvan haar überbisnummer Lascia, ch'io pianga. Op twee uur en half tijd slaagt Baroli erin het publiek kennis te laten maken met Agostino Steffani, een voorheen nobele onbekende die nu eindelijk tot zijn recht komt, zij het 350 jaar te laat.
Over Bartoli niets dan goed, wie doet haar na.... Juist ja: niemand. Maar dat kan niet gezegd worden van het Kammerorchester Basel dat voor de begeleiding zorgt. Ritme? Niet nodig, mevrouw. Is er een solist? Oh ja, even vergeten, mijnheer. En een instrument deftig stemmen? Geen tijd voor, de diva wacht... Ergenissen troef. Het orkest haalt alles naar beneden, net zoals enkele weken daarvoor bij Rolando Villazón. Dit is het genre barokorkesten dat je best zo snel mogelijk vergeet. Dit is het genre orkest dat zich verschuilt achter de historiciteit van haar instrumenten. Een (natuur)trompet klinkt zelden goed, maar deze keer was het wel écht schandalig.
Maar gelukkig is er de kleine dame met de fluwelen stem op het podium. Zij maakt alles goed, en maakt van de barok een vrolijk circus.
Reacties
Een reactie posten