Op 8 oktober begon voor Edo de Waart, de chef-dirigent van deFilharmonie, een intense week. Maar niet alleen voor Edo was het spannend, het was nog veel spannender voor de 8 -door Edo persoonlijk geselecteerde- jonge dirigenten, die voor het eerst, onder het alziend oog van de Maestro, een orkest van dit formaat mochten dirigeren.
Gedurende deze week kwamen de 8 dirigenten, afkomstig vanuit de hele wereld, aan bod voor het dirigeren van enkele stukken van verschillende aard. Van Mozart tot Brückner en van Beethoven tot Bartók, geen enkele moeilijkheid werd uit de weg gegaan met als doel deze dirigenten verder op weg te zetten naar een mooie carrière. Edo de Waart aarzelt niet om de studenten geregeld te onderbreken, met opmerkingen en aanwijzigingen die uiteraard zeer waardevol zijn. De moeilijkheid voor het orkest bestaat erin om niet te teren op hun eigen kennis, maar écht de dirigent te volgen, zodat bepaalde dingen soms faliekant aflopen. Heel verrijkend, zowel voor de studenten als voor het publiek, dat voor de gelegenheid was uitgenodigd in de thuisbasis van deFilharmonie.
En op zaterdag, de laatste dag van de masterclass, mochten vier van de 8 dirigenten het beste van zichzelf laten zien op een slotconcert. We krijgen vier bijzondere stukken muziek te horen: De eerste beweging van Brahms' eerste symfonie, de eerste twee bewegingen uit de vijfde symfonie van Tsjajkovski en de eerste beweging uit de vierde symfonie van Brückner.
De twee dirigenten die mij het meest zijn opgevallen zijn Martijn Dendievel, van Belgische origine en Frans-Aert Burghgraef, uit Nederland. Martijn Dendievels Brahms klinkt vlekkeloos, en hij legt naar mijn gevoel de juiste accenten. De tweede beweging uit Tsjajkovski onder de leiding van Frans-Aert Burghgraef is eveneens indrukwekkend. Geen eenvoudige muziek, maar beide heren trekken zich prachtig uit de slag. Van deze twee dirigenten hoop ik nog veel te horen!
Deze masterclass is bijzonder, omdat we grote talenten van de toekomst aan het werk zien, en omdat het zo goed doet te zien dat jonge mensen nog gepassioneerd kunnen en willen omgaan met klassieke muziek! 100% geslaagd!
![]() |
(c) deFilharmonie |
Gedurende deze week kwamen de 8 dirigenten, afkomstig vanuit de hele wereld, aan bod voor het dirigeren van enkele stukken van verschillende aard. Van Mozart tot Brückner en van Beethoven tot Bartók, geen enkele moeilijkheid werd uit de weg gegaan met als doel deze dirigenten verder op weg te zetten naar een mooie carrière. Edo de Waart aarzelt niet om de studenten geregeld te onderbreken, met opmerkingen en aanwijzigingen die uiteraard zeer waardevol zijn. De moeilijkheid voor het orkest bestaat erin om niet te teren op hun eigen kennis, maar écht de dirigent te volgen, zodat bepaalde dingen soms faliekant aflopen. Heel verrijkend, zowel voor de studenten als voor het publiek, dat voor de gelegenheid was uitgenodigd in de thuisbasis van deFilharmonie.
En op zaterdag, de laatste dag van de masterclass, mochten vier van de 8 dirigenten het beste van zichzelf laten zien op een slotconcert. We krijgen vier bijzondere stukken muziek te horen: De eerste beweging van Brahms' eerste symfonie, de eerste twee bewegingen uit de vijfde symfonie van Tsjajkovski en de eerste beweging uit de vierde symfonie van Brückner.
De twee dirigenten die mij het meest zijn opgevallen zijn Martijn Dendievel, van Belgische origine en Frans-Aert Burghgraef, uit Nederland. Martijn Dendievels Brahms klinkt vlekkeloos, en hij legt naar mijn gevoel de juiste accenten. De tweede beweging uit Tsjajkovski onder de leiding van Frans-Aert Burghgraef is eveneens indrukwekkend. Geen eenvoudige muziek, maar beide heren trekken zich prachtig uit de slag. Van deze twee dirigenten hoop ik nog veel te horen!
Deze masterclass is bijzonder, omdat we grote talenten van de toekomst aan het werk zien, en omdat het zo goed doet te zien dat jonge mensen nog gepassioneerd kunnen en willen omgaan met klassieke muziek! 100% geslaagd!
Reacties
Een reactie posten