Dat Janine Jansen in veel vaktijdschriften beschreven wordt als dé violiste van het moment, behoeft geen commentaar. Deze Nederlandse, bijzonder integere en sympathieke violiste, die zich duidelijk kiplekker voelt op het podium, trakteert haar trouwe publiek op enkele bekende werken, maar ook wat minder toegankelijke muziek. Een feest!
![]() |
(c) Janine Jansen |
Janine Jansen start haar recital met de sonate voor viool en piano van Leoš Janáček. Geen eenvoudige muziek, maar Jansen weet te overtuigen. Dat deze partituur niet alleen moeilijk is om naar te luisteren, wordt nog meer in de verf gezet door de virtuositeit die Janáček eist van zijn uitvoerders. Zowel Itamar Golan als Janine Jansen halen het onderste uit de kan, zonder aan een ontspannen indruk in te boeten.
Daarop volgt de wondermooie Fantasie voor viool en piano opus 159 van Schubert. Heel opvallend is het allerbegin van het werk, waar de violiste zo delicaat te werk moet gaan, dat élke minuscule fout een doodsteek zou betekenen. Maar niets van dat: Janine Jansen speelt perfect, zoals we van haar gewend zijn. Niet alleen het begin, maar ook de rest van deze Schubert worden vlekkeloos ten gehore gebracht. Bravo ook aan de pianist, die hier een hemeltergend moeilijke taak toebedeeld krijgt.
Na de pauze volgt de Poème van Chausson, prachtig uitgevoerd, weeral. En de hoofdmoot van het concert is natuurlijk Brahms' sonate nummer 3 voor viool en piano. Dit werk, dat de allures heeft van een concerto, doet me wegdromen. Zo mooi en teder gespeeld, maar ook stevig waar het moet.
Afsluiten doet Janine met twee toegiften, waaronder de "Marche miniature viennoise", die ze speelt met een knipoog naar het publiek.
Dit is een topdame. Met toptalenten. Een topconcert. De afwezigen kunnen zich alvast beginnen verontschuldigen. Bozar zou afgeladen vol moeten zitten. Gelukkig zien we dit wereldtalent samen met haar pianist terug, in de Singel volgend seizoen. Allen daarheen, en geen excuses!
Reacties
Een reactie posten